Indrukwekkende onthulling Indië Monument in Hardenberg (+ foto’s)

Op vrijdag 1 mei 1998 is het Indië-Monument aan de vechtoever onder grote publieke belangstelling onthuld. Het gebeuren in het cultureel centrum De Voorveghter werd door 450 bezoekers bijgewoond. Zij waren van heinde en verre gekomen, zelfs vanuit Canada, om de zes in het voormalig Nederlands Oost Indië gevallen Hardenbergers te herdenken.

Naaste familieleden van Jan Hendrik van den Berg, Hendrik Bosch, Gerrit Brand, Jan Hendrik Herbers, Egbert Harm Meijerink en Albert Stroeve waren natuurlijk aanwezig, evenals vele dienstkameraden van de zes omgekomen militairen. Daarnaast waren vele Indiëveteranen uit de gemeente Hardenberg aanwezig, evenals oud bewoners van de Japanse internering- en concentratiekampen. Naast het Indië-monument werd ook een gedenksteen onthuld, die herinnert aan het leed en de gruwelen in de Jappenkampen in Indië. De grote Wavin-zaal in De Voorveghter kon de vele bezoekers lang niet herbergen en de zogeheten Spiegelzaal zat ook helemaal vol met bezoekers. Met een speciale Indië-expres van de fa. Sickman uit Vroomshoop waren veteranen van het station naar De Voorveghter gereden. In het cultureel centrum was het nodige groen aanwezig, compleet met palmbomen van Wama Fleurs uit Hardenberg, die voor een juiste sfeer zorgden. Een heuse militair verwelkomde de bezoekers en een speciale foto-expositie bracht de tijd van Indië terug. Een klankbeeld van de Hardenberger Co Renkema bracht op indringende wijze de actie van anderhalf jaar voor het Indië-monument in beeld. De stem bij het klankbeeld was van de Hardenberger Piet Veenhuysen, die zelf in een Jappenkamp verbleef. Voorzitter Harm Smid van het stichtingsbestuur Indië-monument Hardenberg benadrukte dat de jongens destijds door de wettige regering zijn geroepen en zijn gegaan. Smid riep op om de gevallen met eerbied en respect te gedenken en te eren. Burgemeester drs. H. Smit stond stil bij de ereschuld, die er bestaat ten opzichte van de veteranen en kampslachtoffers. Het oprichten van gedenktekens is nog steeds zinnig, aldus burgemeester Smid. Tineke Hoving verbleef evenals haar zuster in de kampen en ontroerde met een treffend gedicht. De jeugdige Ludwin Vos liet een boek zien met foto’s van zijn overleden opa en toonde zo z’n respect voor deze bewogen periode. De heer E. Vaartjes sprak namens de V.O.M.I. Nederland en Overijssel en benadrukte de wens om voor de gevallenen in Indië een plaats te krijgen bij het nationale monument op de Dam. Het gedicht over de herinneringen aan de namen van alle omgekomenen van Indië-veteraan en bestuurslid Gerrit Reinders was indrukwekkend. De sobats (Maleis voor vrienden) PC. Pothof, H. Rozema en Z.J. Koning van enkele legeronderdelen van de gevallenen stonden stil bij hun gevallen kameraden. Pianospel op de vleugel van pianist Gezinus Veldman zorgde voor de juiste sfeer bij deze indrukwekkende bijeenkomst. Op de locatie van het Indië-monument bij De Vechtstaete hadden zich inmiddels vele honderden verzameld voor de onthullingsplechtigheid. De Johan Willem Friso kapel speelde toepasselijke koraalmuziek in afwachting van de genodigden. De zon scheen uitbundig en het was volkomen windstil  toen de plechtigheid kon beginnen. Voorzitter Smid noemde de namen van de gevallen Hardenbergers en burgemeester Smit bepaalde de naar schatting duizend toehoorders bij de waarde van dit monument. Mevrouw Hoving en mevrouw Winkler uit Emmeloord stonden stil bij het gedenkteken voor de kampslachtoffers. Het Indië-monument werd vervolgens onthuld door de heer B.J. Bosch namens de families van de gevallenen samen met burgemeester Smit. Daarna werd de gedenksteen voor de kampslachtoffers onthuld door het echtpaar Ensing, mevrouw T. Hoving, mevrouw H. Keyzer samen met burgemeester Smit. De Hardenbergse Indië-veteranen Hendrik Jan Borneman en Jan ten Brinke lieten de Nederlandse vlag half stok. Egbert Stroeve, wiens oom Albert in Indië omkwam, blies de Last Post. Aansluitend waren de twee minuten stilte en werden twee coupletten van het Wilhelmus gespeeld en gezongen. De eerste krans werd bij het Indië-monument gelegd door de heren Stroeve en Brand namens de families en bij de gedenksteen door mevrouw Hoving, mevrouw Keyzer en het echtpaar Ensing. Daarna legden burgemeester Smit en wethouder R.G.M. Muller-Nijland een krans en een bloemstuk bij beide monumenten namens het gemeentebestuur van Hardenberg. Vele kransen en bloemen werden daarna gelegd, onder meer door chef staf J.A. Bucher van de 1e divisie 7 december en door de V.O.M.I.  Overijssel en Nederland. Het stichtingsbestuur Indië-monument legde ook een krans bij het monument. Als laatste legden de kinderen van de adoptieschool De Morgenster bloemen bij beide monumenten. Burgemeester Smit onthulde aan het einde van de plechtigheid een naambordje met ,”het Indiëplantsoen”, dat een applaus ontlokte aan de aanwezigen die onder de indruk waren van de plechtigheid. Het geheel is waardig verlopen, waarbij ook de nodige emoties zichtbaar kwamen. Logisch ook, want een dergelijk gebeuren is oneindig veel meer dan een herinnering. Daarnaast is er ook een erkenning van een bewogen periode, die zo vaak verzwegen is. De gevallen Hardenbergse jongens en ook de kampslachtoffers hebben nu een eigen plaats langs de Vecht gekregen. Namens de families bracht de heer G. Herbers zijn dank aan de initiatiefnemers over. De heer W. Ensing dankte voor de grote inzet om het monument te realiseren. Op zijn beurt dankte stichtingsvoorzitter Smid iedereen die had meegewerkt aan de realisatie van het Indië-monument, waarbij hij ook de gulle gevers betrok. De gemeente Hardenberg werd ook dankgezegd voor de medewerking, waardoor het een prachtig geheel is geworden.  Alom was er bewondering voor het prachtig ontwerp van kunstenaar Kees Huigen uit Den Ham met veel symboliek en zeggingskracht. Teruggeblikt kan worden op een in alle opzichten gedenkwaardige dag, waarin het Indië-monument in Hardenberg onthuld werd. Het stichtingsbestuur Indië-monument Hardenberg spreekt haar dank en diepe erkentelijkheid uit voor de hulp van velen, die de realisatie van het Monument mogelijk hebben gemaakt. Een speciaal  woord van dank geldt de Johan Willem Friso Kapel uit Assen, die meewerkte aan de onthullingsplechtigheid. (verslag uit De Toren 6 mei 1998)